Omgevingsgeluiden en prikkels op de Spoedeisende Hulp
De Spoedeisende Hulp (SEH) in het Jeroen Bosch Ziekenhuis kan bij piekmomenten een zeer hectische afdeling zijn. Dit wordt onder andere veroorzaakt door de wisselende en soms onvoorspelbare stroom van patiënten die binnenkomen via ambulance of eigen vervoer. Er worden in een korte tijd belangrijke beslissingen gemaakt, er moet snel gehandeld worden en er bestaat soms een hoge werkdruk. Om al deze patiënten van de juiste zorg te voorzien hebben we op de SEH veel verschillende werknemers, waaronder dokters, verpleegkundigen, secretaresses, schoonmakers en laboranten. Daarnaast is er een hoeveelheid aan ondersteunde apparatuur, zoals monitoring, buizenpost en printers om artsen en verpleegkundigen te ondersteunen bij hun taken.
Geluidshinder voor medewerkers
Tijdens het werk viel het werknemers van de SEH in het Jeroen Bosch Ziekenhuis op dat zij hinder ervaren van de geluiden die op de werkplek worden geproduceerd. Het is bekend dat omgevingsgeluiden en prikkels stress en irritatie kunnen veroorzaken. Dit kan leiden tot lichamelijke klachten en kan een negatieve invloed hebben op het welbevinden, de werkprestaties en werkcapaciteit van het personeel. Om hier verbetering in aan te kunnen brengen is er in het Jeroen Bosch Ziekenhuis een werkgroep samengesteld met een afvaardiging van de verschillende werknemers van de SEH om te kijken naar mogelijkheden ter verbetering van de gezamenlijke centrale flex-werkplek. Na een brainstormsessie is besloten om diverse aspecten te onderzoeken en zo nodig door middel van maatregelen te verbeteren.
Tijd om te onderzoeken
Er is gestart met een wetenschappelijk onderzoek waarbij twee verschillende aspecten zijn onderzocht: de geluidsomgeving uitgedrukt in cijfers en getallen én de beleving van geluid door werknemers gedurende hun werkzaamheden. Door samen te werken met de Technische Universiteit van Eindhoven (TU/e) is het mogelijk geweest om de ruimte akoestiek en geluidsniveaus gedurende de piekuren op de SEH in kaart te brengen.
Het tweede aspect omvat een vragenlijst welke aan alle vaste medewerkers van de SEH is voorgelegd, waarin diverse onderdelen werden uitgevraagd met betrekking tot werkdruk, stress, lichamelijke klachten en omgang met geluidsprikkels.
Op basis van dit onderzoek is besloten om op drie gebieden interventies te doen:
- Gedrag
- Materiaal
- Indeling en logistiek
Het verbeteren van de geluidsomgeving
Voor de gedragsinterventie is er een traject opgestart samen met Judith van Veen (Heart2Hear) en Cees van Wezel (Ecophon). Er is een workshop georganiseerd voor al het personeel die gericht is op bewustwording van geluidsprikkels geproduceerd door het personeel zelf en wat het effect is van geluid in het algemeen op het welbevinden van personeel. In de teamvergaderingen die daarop volgden, zijn er gezamenlijk nieuwe werkafspraken gemaakt om de geluidsomgeving te verbeteren. Zo zijn er afspraken gemaakt om stillere ruimtes te creëren om te werken en waar er ruimte is voor sociale interactie. Wat betreft de aanpassingen van prikkels door materialen is er besloten de buizenpost en printers te verplaatsen naar een ruimte elders. De instellingen van de patiëntenmonitor en bijbehorende alarmen, welke in de centrale ruimte gepositioneerd is, zijn gewijzigd. Voor de aanpassing van de indeling en logistiek loopt er op dit moment een pilot met akoestische materialen (Buzzispace) voor de herindeling van de SEH. Hiermee zijn er duidelijkere functies en compartimenten aangebracht in de ruimte.
Oplossing voor langer termijn
Na de verschillende interventies zijn er wederom geluidsniveaus gemeten en vragenlijsten afgenomen. Om effecten op langere termijn in kaart te brengen worden dezelfde metingen na zes maanden nogmaals herhaald. We hopen door middel van deze omgevingsverbeteringen de mate van irritatie, concentratieverlies en vermoeidheid door geluidsprikkels te verlagen. Hierdoor draagt dit onderzoek bij aan duurzamere inzetbaarheid van het personeel werkzaam op de SEH. Daarnaast willen we bekijken of onze bevindingen in de toekomst toepasbaar zijn op andere afdelingen binnen het ziekenhuis of op de SEH van ziekenhuizen elders.