Zeggenschap over geluid: akoestische autonomie

In de stad klinken continu geluiden. Van kletsende mensen tot spelende kinderen. Van rinkelende trambellen tot optrekkende scooters. Van zoemende ventilatiesystemen tot luidende kerkklokken. Maar hoe beleven we die geluiden? En welke rol speelt controle hierin? Merel Ursem, soundscape adviseur bij SoundAppraisal, wijdde haar masteronderzoek aan de beleving van stadsgeluid, rust en stilte in Amsterdam. Eén van haar bevindingen was het belang van akoestische autonomie. Hoe dat zit, lees je hier.

Stadsgeluiden in Amsterdam
Pexels

Merel Ursem is soundscape advisor bij SoundAppraisal. In deze functie zet ze zich in om geluidsomgevingen te onderzoeken én te verbeteren. Momenteel maakt ze de serie Social Sounds, waarin ze verschillende thema’s rondom de sociale context van geluidsbeleving belicht. Deze teksten laten zien dat geluidbeleving veel verder gaat dan geluidsnormen; hoe we geluid interpreteren en waarderen wordt namelijk sterk beïnvloed door maatschappelijke maatstaven als normen en waarden. Maar ook door onze relatie tot de bron van het geluid, onze controle over een geluidsomgeving en de manier waarop beleid inspeelt op een 'geluidsprobleem'. In het eerste thema van de serie Social Sounds belicht Merel de zeggenschap over geluid. Lees er hier meer over. 

Beleving van stadsgeluid

Merel: “Tussen 2020 en 2021 deed ik onderzoek naar de beleving van stadsgeluid, rust en stilte in Amsterdam en ging ik in gesprek met stadsbewoners om te onderzoeken hoe zij stadsgeluid ervaren, welke geluiden zij prettig of juist storend vinden en waarom. Ik vroeg onder andere naar de geluiden die zij hoorden in hun directe leefomgeving, zoals hun huis, straat of buurt en wat hun beleving van die geluiden was. En zoals verwacht leidde deze vragen tot een grote verscheidenheid aan antwoorden. Wat de ene bewoner ervaart als prettig is voor de ander juist een bron van hinder, of nauwelijks hoorbaar. De één vond het geluid van spelende kinderen, rommelende buren of kletsende voorbijgangers bijvoorbeeld 'gezellig' of 'levendig', maar de ander had er juist veel last van in huis. Waar de ene zich stoorde aan het gebrom van ventilatiesystemen, was het voor de ander nauwelijks te merken.

Controle over geluid

Welke geluiden als prettig of onprettig werden ervaren, verschilde ontzettend van persoon tot persoon. Maar ondanks deze verscheidenheid was er ook een duidelijke overeenkomst, namelijk de manier waarop geluid werd ervaren. Of geluid als storend werd ervaren, hing vaak af van de mate waarin zij controle hadden over het geluid. Deze vorm van controle over geluid heb ik in mijn onderzoek ‘sound sovereignty’ genoemd, ofwel ‘akoestische autonomie’, de ervaren of daadwerkelijke mogelijkheid van een individu om controle over de geluidsomgeving uit te oefenen. Akoestische autonomie heeft dus alles te maken met de zeggenschap die iemand heeft over zijn of haar eigen geluidsomgeving en de activiteiten die iemand daarin kan uitvoeren. Een hogere mate van akoestische autonomie vermindert de ervaring van hinder.

Niet kunnen ontsnappen aan geluiden

Participanten lieten bijvoorbeeld weten dat zij geluiden van buitenshuis voornamelijk vervelend vonden als ze er niet aan konden ontsnappen, dus geen keuze hadden om het wel of niet te horen. Bijvoorbeeld als het sluiten van een raam niet voldoende is om het geluid te weren. Ook zoemende geluiden van ventilatiesystemen waren vooral vervelend als die buiten eigen bereik waren en de luisteraar er dus niet voor kon kiezen om ze uit te zetten. Maar daarentegen vertelde een ander dat het geluid van een luchtreiniger in huis al een stuk minder stoorde, 'alleen al door het idee dat [ze] het elk moment uit kan zetten'. Het is dus niet alleen het geluid zelf dat voor hinder kan zorgen, maar ook de (ervaren) controle erover. 

Verwachting van geluid

Maar akoestische autonomie heeft niet alleen betrekking tot isolatie. Het heeft ook te maken met de verwachting van geluid. Namelijk, als je weet dat bepaalde geluiden op bepaalde plekken of tijden voorkomen, ervaar je een grotere mate van controle over de situatie: het geluid overvalt je niet. Zo werd het tijdens het onderzoek ook benoemd dat het geluid van voorbij denderende vuilniswagens acceptabel was, omdat de participant wist wanneer en hoelang ze langs zouden komen, en dus ook wanneer het weer rustig zou zijn. Hetzelfde gold voor huisfeestjes: als de buren van tevoren weten dat er tot laat geluid gemaakt zal worden (en ook weten wanneer het weer ophoudt), verhoogt dat het gevoel van controle over de situatie. Deze controle komt dan ten goede van de gemoedsrust en verlaagt de stressreactie die anders zou bijdragen aan de ervaring van hinder.

Huisvesting speelt rol

Ook financiële mogelijkheden of beperkingen spelen een rol bij het gevoel van controle. De huizenmarkt is nu bijvoorbeeld zo krap dat veel mensen weinig te kiezen hebben als het gaat om huisvesting. Zo komen veel mensen te wonen op plekken met suboptimale geluidsomstandigheden of slechte isolatie. 

Inspraak in geluid

Daarnaast is ook inspraak een belangrijke factor die kan bijdragen of afdoen aan het gevoel van controle over de geluidsomgeving. Een goede burenrelatie kan bijvoorbeeld het gevoel geven van sociale controle en inspraak; als je weet dat je een buur kan aanspreken op eventuele overlast en dat daar respectvol op wordt gereageerd, vermindert dat de negatieve reactie op het geluid dat zich voordoet. Om dezelfde reden is burgerparticipatie in beleidsvorming dan ook essentieel voor een prettige ervaring van de geluidsomgeving. Als mensen hinder ervaren, maar zich niet gehoord voelen door beleidsmakers, doet dit sterk af aan het gevoel van zeggenschap en ontstaat er een gevoel van hulpeloosheid die de negatieve ervaring van geluid versterkt. Ook in de langdurige zorg is deze inspraak belangrijk. Zeker in combinatie met een gezondheidskwestie is het van belang dat patiënten zich op hun gemak voelen in een geluidsomgeving die bij hun behoeften past. 

Positieve beleving

Kortom, hinder wordt niet alleen veroorzaakt door geluid, maar door de ervaring van een situatie in zijn geheel. Het gevoel van betrokkenheid en daadkracht, zowel in huis als in de publieke ruimte, is dus essentieel voor een positieve beleving van de leefomgeving.”

Deze tekst is gebaseerd op Merel haar Research Master onderzoek aan de Universiteit van Amsterdam. Hiervoor heeft ze bewoners van Amsterdam geïnterviewd over hun beleving van stadsgeluid, rust en stilte in de stad in 2020-2021.